Ontheffing uit concurrentiebeding met een vaststellingsovereenkomst

Meestal wordt een werknemer die een vaststellingsovereenkomst tekent ontheven uit een eventueel geldend concurrentiebeding of relatiebeding. Er zijn echter situaties waarin werkgevers daarin niet mee willen gaan.

Bevestigen in vaststellingsovereenkomst

Aan te raden is om een duidelijke bepaling op te nemen in een vaststellingsovereenkomst waarin aangegeven wordt of er na de beëindiging nog wel of geen concurrentiebeding of relatiebeding te gelden heeft. Wordt nagelaten dit expliciet te vermelden, dan zou dit achteraf mogelijk tot vervelende discussie kunnen leiden. Werkgevers nemen dan het risico dat zo’n beding door de algemene finale kwijting vervalt. Werknemers nemen daarentegen het risico van ongewenste onzekerheid, vooral wanneer de overeenkomst niet juridisch getoetst is. Soms staat er een algemene bepaling in waar werkgever zich op beroept, zoals dat post-contractuele bedingen van kracht blijven.

voorbeeld tekst

Partijen bevestigen dat werknemer per de beëindigingsdatum niet (meer) gehouden zal zijn aan enig concurrentie- of relatiebeding.

Geen ontheffing

Werkgevers zijn met name niet bereid om deze ontheffing te verlenen als:

  • Er op initiatief van werknemer beëindigd wordt;
  • De werknemer ter zake de beëindiging ernstig verwijtbaar is en/of er sprake is van een dringende reden;
  • Werknemer een sleutelpositie vervulde waarbij hij kennis heeft gekregen over concurrentiegevoelige informatie.

voorbeeld tekst

Het tussen partijen overeengekomen concurrentiebeding en relatiebeding blijft onverminderd van kracht.

Bij de eerste twee situaties kan de onderhandelingspositie van de werknemer zwak zijn. Werkgever zal dat soms vertalen naar behoud van relatie- en/of concurrentiebeding in de vastsatellingsaovereenkomst. Wanneer geen sprake is van een concurrentiegevoelige positie, maakt werkgever er soms echter geen breekpunt van.

In de derde genoemde situatie, kan het met de vaststellingsovereenkomst al dan niet vervallen van het concurrentiebeding en relatiebeding een heet hangijzer in de onderhandelingen vormen. Er wordt dan soms een nieuw afgezwakt beding afgesproken als compromis. Dit is dan uiteraard maatwerk. Er kan gedacht worden aan het beperken van de reikwijdte tot enkel een paar in een bijlage genoemde bedrijven waar de werknemer niet voor zal mogen werken. Of de reikwijdte van verboden handelingen wordt beperkt. Daarbij kan er bijvoorbeeld aan gedacht worden dat wel zaken gedaan mag worden met relaties, maar niet wanneer het concurrerende activiteiten betreft.

voorbeeld

Johan werkt voor een voedingsmiddelen producent, A B.V.. Een relatie van deze werkgever is de leverancier van verpakkingen, R B.V.. De verhouding tussen Johan en zijn werkgever A B.V. raakt verstoord waardoor een vaststellingsovereenkomst gesloten wordt. Er wordt afgesproken dat het  concurrentiebeding in stand blijft en het relatiebeding beperkt wordt tot concurrerende zaken met enkel een aantal benoemde relaties. Bij die relaties hoort ook R B.V..

 

Het is Johan nu niet toegestaan zaken te doen met R B.V. vanuit een nieuwe werkgever die concurrerende voedingsmiddelen produceert. Het is Johan wel toegestaan om zaken te doen met R B.V. vanuit een nieuwe werkgever die een heel ander product maakt, zoals kantoorartikelen. Zonder aanpassing van het beding, zou dit laatste ook niet gemogen hebben.

Heb je vragen? Neem vrijblijvend contact op. We helpen je graag.